Dankjewel.
Did67, om het eerste principe van de thermodynamica in herinnering te roepen!
Er is vaak verwarring tussen energie en nuttige energie; het laatste betreft het energieniveau, van de rijkste in potentie tot de meest gedegradeerde vorm.
Daarom draait bijvoorbeeld de warmtepomp vaak voor de
uiteindelijke efficiëntie en technologie, herstelt in het beste geval alleen de verliezen van kerncentrales, om een gedegradeerde vorm van energie te produceren uit energie op hoog niveau...
De machines die de potentiële energie van brandstoffen omzetten in bruikbare energie* hebben een zeer laag rendement omdat er een stroom van een hete pool naar een koude pool gaat, net zoals het vallen van water een dynamo aandrijft door de passage van een hoog punt naar een dieptepunt.
We kunnen het wagen om energie en geld (water?) geval in de praktijk: de "power to act" (om een dierbare formule te gebruiken
Spinoza) van een biljet van € 50 niet gelijk is aan een ander biljet van dezelfde waarde, verschilt sterk naargelang de houder ervan.
Evenzo is het mogelijk om met een joule elektriciteit veel dingen te doen, terwijl een joule warmte veel beperkter is en mogelijk nutteloos is, afhankelijk van de context.
Hetzelfde geldt voor water dat in kleine hoeveelheden een zeer groot nut kan hebben en in overvloed aanwezig is zonder enig "nut".
*Nut wordt hier in fysieke zin gebruikt en loopt geenszins vooruit op de praktische toepassing...