Als we vasthouden aan een nuchter formalisme, is 'geluk' slechts de activering van de cerebrale sfeer van plezier, of het nu gebeurt door het effect van een sociaal-culturele bevrediging van de orde. hiërarchisch of, bij afwezigheid daarvan, door een chemisch medicijn doet er niet toe.
In de documentaire zijn er enkele interessante voorbeelden (hoewel niet uitgelegd):
- de miljardair die zich terugtrekt uit het bedrijfsleven om zichzelf (zwak!) te wijden aan een microkredietbedrijf, ziet zijn tevredenheid toenemen omdat hij de concurrentie ontwijkt en wordt beloond met acties die hij gelooft deugdzaam (en dat lijkt zo in de ogen van anderen).
- de boeddhistische monnik die zijn toevlucht zoekt in een denkbeeldige 'buitenwereld' (dit is niet pejoratief) die hem behoedt voor de turbulenties van de wereld en die afstand doet van het verlangen en dus van de ontevredenheid die daar noodzakelijkerwijs uit voortvloeit (deel van de samenleving) van consumptie).
- de gehandicapte persoon die stopt met rennen om te landen (ik spreek in een figuurlijke zin die voortkomt uit de juiste betekenis) en die zijn actieterrein beperkt, zijn relaties met zijn familie en anderen intensiveert (bovendien is de kans groter dat empathie vanwege een verschil dat door dit feit wordt gestimuleerd).
Is het "aan niets ontbreken" genoeg om een man gelukkig te maken?
Gebrek niets betekent niet dat verlangen, die op twee manieren kan worden benaderd: ofwel net als in het geval van de boeddhistische monnik die de wens afziet, hetzij als gewone mensen die, in voldoende mate aanwezig, er niet in slaagt een verlangen dat hem in staat stelt zich een toekomstig geluk voor te stellen als gevolg van het bezit van het gewenste object, bezit dat het verlangen onmiddellijk zou verpesten (omdat het pas bestaat tot de realisatie ervan).
Als het bezit van goederen in een wereld die is gewijd aan hun productie en consumptie sociaal waardevol kan zijn (paradox: particuliere consumptie is alleen logisch onder de ogen van anderen!), Het is alleen de bewondering voor andere slachtoffers van deze vervreemding die het kan opwekken. Relatieve bewondering, omdat de concurrentie eindeloos is (in beide betekenissen van de term) ...